‘Niet jezelf voelen’

Tijdens een depressie is het lastig jezelf zijn

Radboud Recharge Stan van Pelt 09-01-2020

Acda en de Munnik zongen het 22 jaar geleden al: ‘Ik ben mezelf niet, of al die jaren nooit geweest’. Maar wat bedoelen we eigenlijk, als we zeggen dat we onszelf niet zijn? Over die vraag boog filosoof Roy Dings (29) zich de afgelopen jaren. Deze week promoveerde hij.

Een interview over een filosofisch onderwerp is vaak ingewikkeld. In dit geval helemaal, want Dings is zijn stem kwijt. Daarom vindt het gesprek plaats via mailwisseling.

Wanneer zijn we nu precies onszelf?

‘Ha, hierop is geen eenduidig antwoord. Er zijn zoveel verschillende redenen waardoor iemand zich anders kan voelen in het dagelijks leven. Denk aan life events, zoals ontslag, het verliezen van een geliefde, pensionering, de geboorte van een eerste kind. Je kunt je zelfs niet jezelf voelen wanneer je honger hebt – kijk naar de Snickers-commercial: ‘je bent jezelf niet als je trek hebt’.’

Waarom is het belangrijk om over deze vraag na te denken?

‘Soms word je dagelijks geconfronteerd met zelf-ambiguïteit – zo noem ik het ‘niet jezelf voelen’ in mijn proefschrift. Denk aan psychiatrische aandoeningen als depressie, waar ik met name onderzoek naar deed. Psychiatrische patiënten kunnen twijfelen of een bepaalde gedachte, handeling of emotie deel is van ‘henzelf’ of van ‘de stoornis’. Deze vraag houdt veel patiënten bezig, maar is lastig te beantwoorden.’

‘Bij het Snickers-voorbeeld is het duidelijk waarom de rapper opeens zingt als Elton John: hij is even niet zichzelf omdat hij honger heeft. In het geval van een psychiatrische stoornis is er zelden zo’n duidelijk aanwijsbare oorzaak om bijvoorbeeld depressieve gevoelens aan toe te schrijven. Ze kunnen het gevolg zijn van stress, een sociaal stigma, serotonine-niveaus in het brein, antidepressiva, opvoeding, enzovoorts. De medische wetenschap moet het antwoord hierop ook schuldig blijven.’

Hoe komt dat?

‘De vraag ‘hoe verhoud ik mij tot mijn stoornis’ is geen empirische vraag, maar een conceptuele – hij is niet met een test of medisch onderzoek te beantwoorden.’

En de filosofie kan dat wel?

‘In tegenstelling tot de medische wetenschap houden de geesteswetenschappen zich veel bezig met begrippen als ‘zelf’ en identiteit. De filosofie kan dus helpen om dat soort conceptuele vraagstukken te verhelderen.

Hoe heb je dit onderzocht?

‘Ik heb theoretische, conceptuele analyses gedaan, maar daarnaast ook samengewerkt met psychiaters. Zo heb ik interviews die patiënten hadden met hun psychiaters bijgewoond en nabesproken met de arts. Ook heb ik gelet op hoe dit soort problemen in de media naar voren komen, of hoe er in mijn persoonlijke kring wordt hierover nagedacht. Hoewel dat geen strikt wetenschappelijke methodologie is, biedt het wel een toetssteen voor filosofisch gedachtengoed – om te zorgen dat het blijft aansluiten bij de alledaagse belevingswereld van mensen.’

‘Uiteindelijk heb ik in mijn proefschrift een aantal problemen geïdentificeerd waar patiënten tegenaan kunnen lopen wanneer ze de relatie tussen zichzelf en de stoornis helder proberen te krijgen. Mensen hebben bijvoorbeeld de neiging om te denken dat aan woorden zoals depressie of autisme ‘iets’ ten grondslag ligt, een concreet ding dat je kunt aanwijzen: ‘iets’ in je brein of genen.’

‘Reïficatie noemen we dat. De vraag ‘hoe verhoud ik mij tot mijn stoornis’ betekent in feite ‘hoe verhouden twee dingen zich tot mekaar’. Maar depressie is niet te koppelen aan een concrete, aanwijsbaar entiteit – dus is die vraag onbeantwoordbaar.’

En dat is een probleem?

‘Ja. Veel patiënten vinden het een verademing als ze horen over mijn onderzoek. De geestelijke gezondheidszorg heeft hier naar mijn idee namelijk niet genoeg aandacht voor. Deels komt dat omdat men niet zo goed weet wat ze er mee aan moeten als iemand zich niet zichzelf voelt, omdat zoiets moeilijk in woorden uit te drukken valt. Mijn proefschrift probeert daar verbetering in aan te brengen door juist wél de juiste woorden te vinden.’

Heb je een aanbeveling voor artsen?

‘Ik heb met een aantal psychiaters samengewerkt en ben regelmatig in contact gekomen met patiënten wanneer ik bijvoorbeeld lezingen geef. Het zou goed zijn als dit soort problemen meer op het netvlies komen van professionals in de geestelijke gezondheidszorg. Vooralsnog is het vooral van belang dat er meer discussie komt over hoe we nadenken over personen in relatie tot hun stoornis, in de GGZ en  maatschappelijk. En dat daarbij aandacht is voor de filosofische vraagstukken die daarbij horen.’

Waarom spreekt dit onderwerp je aan?

‘ ’Jezelf zijn’ is een belangrijk maatschappelijk onderwerp. Van de ene kant ligt de nadruk in de huidige Westerse samenleving sterk op authenticiteit, tegelijkertijd is het anno 2020 vrij normaal om zelf een psychiatrische stoornis te hebben of iemand te kennen die dat heeft. Wanneer je wel of niet ‘jezelf bent’ is voor mij dan ook bij uitstek een filosofisch probleem met reële gevolgen, en daar houd ik me als filosoof het liefst mee bezig.’

Zou dit kunnen helpen om weer meer jezelf te worden (zonder de “beste versie van jezelf te zijn?”) Doe je mee?

https://www.humanpowernow.com/nieuws/2020/1/9/laat-de-komende-2-weken-je-best-mogelijke-zelf-zien-doe-mee?

hpn myself.jpg
John Kistermann