"Mensen willen een kind dat op ze lijkt"

‘Mensen willen gewoon een kind dat op ze lijkt’

RADBOUD RECHARGE DONDERDAG 17 OKTOBER 2019

Toen Han Brunner, Klinisch geneticus aan het Radboudumc in 1984 aan zijn carrière begon, begreep de wetenschap nog helemaal niets van het menselijk genoom. Ook zijn lievelingsfilm Gattaca uit 1997, was nauwelijks meer dan sciencefiction. Maar inmiddels weten we hoe genen werken: we selecteren embryo's en kunnen lichtgevende muizen maken. Wordt sciencefiction werkelijkheid? 'Nee,' zegt Brunner, ‘we kunnen sommige ziektes voorkomen. Maar verder kan ik echt geen nuttige toepassing van genetische manipulatie verzinnen.' Brunner spreekt 7 november 19.30 uur op het InScience filmfestival.

'Genetica is complexer dan mensen denken,' volgens Brunner. 'Veel dingen kunnen gewoon niet.' Tijd voor een mini-college, dus. Er zijn twee soorten genetica: simpele en complexe. Bij simpele genetica hebben veranderingen in de genen directe gevolgen, zoals een spierziekte, doof- of blindheid en ja, je blauwe of bruine ogen. Andere eigenschappen – zoals intelligentie, huidskleur en ziektes zoals Crohn – zijn een uitkomst van duizenden puzzelstukjes in je DNA. 'Zelfs als we de hele wereldbevolking zouden analyseren, kennen we nog steeds niet alle mogelijke combinaties.' Bovendien speelt ook hoe, waar en wanneer je opgroeit een rol. Dat valt dus niet zomaar te manipuleren.

Mooier en intelligenter blijft fictie

Wat we wel kunnen, en waar Brunner de toepassing van genetica ziet, is genetische selectie. Daar gaat ook de film Gattaca over. De sciencefictionfilm schetst een dystopisch beeld van een toekomst waarin bij je geboorte je genpatroon, en daarmee je plek in de maatschappij, wordt bepaald. In de film overwint een jongen met slechte genen: hij wordt astronaut en krijgt het mooie meisje. 'Ja, het is een klassieke Hollywoodfilm.' Maar Brunner vindt de premisse interessant: dat je op DNA kunt selecteren. 'En dat is geen sciencefiction meer. We selecteren embryo's. Maar alleen op simpele genetische kenmerken met ernstige gevolgen.'

Gattaca vraagt eigenlijk: kunnen we een beter mens maken? En nee, dat kunnen we niet. Er zijn wel bedrijven die genetische selectie aanbieden voor complexe genetische eigenschappen, zoals intelligentie. 'Maar,' legt Brunner uit, ‘die inschatting is heel onbetrouwbaar en je hebt er in de praktijk weinig aan.' De embryo's waaruit wordt geselecteerd hebben grotendeels dezelfde genetische samenstelling, omdat zij van hetzelfde ouderpaar komen. De verschillen tussen deze embryo's zijn dus minimaal. Dat maakt selectie voor complexe genetische eigenschappen onwerkbaar.

Ziekte voorkomen

Maar op simpele genetische aandoeningen kan dus wel worden geselecteerd. Ouderparen die familie van elkaar zijn worden bijvoorbeeld getest om te zien of hun kinderen meer risico lopen op bepaalde ziektes, zoals sikkelcelziekte. Eén op de drie ouderparen die familie zijn, hebben kans om deze ziektes door te geven. Dit ten opzichte van slechts 1,5% van ouders die geen familie zijn. Maar toch, moeten we niet alle ouders hierop testen? Als blijkt dat ouders risico lopen, kunnen ze door genetische selectie voorkomen dat zij een kind met de ziekte krijgen. Volgens Brunner is het absoluut mogelijk dat dit gaat gebeuren. Sterker nog, hij is daar voorstander van.

Maar niet alle aandoeningen die in het genetisch materiaal terug te vinden zijn, worden door kinderen van hun ouders geërfd. Er kan ook een spontane mutatie optreden. 'Daar kan niemand iets aan doen. Het is een kopieerfoutje in het DNA. Elke embryo kent zo’n 100 kopieerfoutjes – 'op drie miljard kopieën is dat nog steeds heel erg weinig' – maar als je pech hebt, heeft één zo'n foutje een direct gevolg. 'We kúnnen dat analyseren. En dat roept de vraag op: moeten we alle embryo's onderzoeken om die 1% kinderen met een verkeerde mutatie eruit te vissen? Het kan, maar dan verander je de hele manier waarop de mens zich voortplant.'

De mens

Wat is de mens en mag je daar aanzitten? 'We hebben daar allemaal een gevoel bij,’ zegt Brunner. ‘De meeste mensen vinden het een goed idee om ziekte en verdriet te voorkomen. Sleutelen aan de genen en daarmee het concept 'mens' veranderen, dat stuit op verzet.’ Maar in tegenstelling tot Gattaca, is Brunner optimistisch over de toekomst. Juist omdat er zo weinig kan. ‘Er zijn wel dingen die kunnen. Wetenschappers kunnen glow in the dark muizen maken. Dat zou bij mensen ook wel kunnen, maar dat wil toch geen zinnig mens. Ik praat al dertig jaar met ouders over erfelijkheid en ik kom nooit iemand tegen die gekke dingen wil. Mensen willen gewoon een kind dat een beetje op ze lijkt.'

Met korting naar Gattaca

Nieuwsgierig geworden naar de film Gattaca? De film draait 7 november om 21.30 uur op het InScience filmfestival.

hpn look.jpg
John KistermannComment