Wereld hevind je balans na 20 jaar 9/11

Deze steen kocht ik 1 jaar voor 9/11 in een winkel onder de Twin Towers als teken van balans voor iemand anders en mezelf.

Ik plaats deze steen 20 jaar na 9/11 in het licht en wens eenieder meer balans toe en extra aandacht please voor alle slachtoffers en de betrokkenen daarvan bij aanstaande rampen. Het mag nu niet meer zo zijn dat mensen geen therapie en begeleiding krijgen en jarenlang met angsten en PTTS moeten blijven rondlopen.

Lees hier meer over meer foute reacties na 9/11

Reactie op 9/11 bracht geen veiligheid maar angst

Radboud Recharge 10 september 2021

Met twintig jaar ‘War on Terror’ is er meer verloren dan gewonnen, betoogt Willemijn Verkoren. Met de toenemende angst voor terreur hebben terroristen hun doel bereikt.

De aanslagen van 11 september 2001 staan ons in het geheugen gegrift. Het was haast niet te bevatten dat het machtige Amerika in het hart was geraakt. Dagenlang keken we naar de indringende beelden van het instortende World Trade Center. Niet gek dat 9/11 in het Westen tot een grote angst voor terrorisme leidde. Jaar na jaar – tot aan het begin van de coronacrisis – werd terrorisme in opiniepeilingen aangewezen als grootste gevaar voor onze samenleving. Ook in Nederland, dat gespaard bleef van grote aanslagen.

De reactie loog er niet om. Onder leiding van de Amerikaanse regering-Bush werd een ‘War on Terror’ afgekondigd, die geen grenzen kende in plaats of tijd. Men eigende zich het recht toe om overal ter wereld op te treden tegen (vermoedelijke) terroristen. Er waren de invasies in Afghanistan en Irak, en later bombardementen tegen Islamitische Staat in Irak en Syrië. Maar ook in tientallen andere landen waren en zijn de Verenigde Staten actief tegen terrorisme met onder meer dronebombardementen en operaties door special forces.

Ook binnenslands werd de strijd gevoerd. Onder Amerikaanse druk spraken de lidstaten van de Verenigde Naties en de Europese Unie af om nieuwe antiterrorismewetten in te voeren. Niet alleen geweldgebruik is nu strafbaar, maar ook lidmaatschap van een terroristische organisatie en ondersteuning van terrorisme.

Er zijn minder concrete aanwijzingen nodig om vermoedelijke terroristen zonder tussenkomst van de rechter af te luisteren, te observeren, te arresteren of een contact- of gebiedsverbod op te leggen. Ook zijn overheden grote hoeveelheden digitale gegevens gaan verzamelen over hun burgers. Mensen met opvattingen die als radicaal worden gezien, ook als ze geen geweldgebruik voorstaan, worden in de gaten gehouden (zie bijvoorbeeld de onthullingen in NRC over het online volgen van politici en activisten door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid). Veel van deze maatregelen staan op gespannen voet met de rechtsstaat: ze komen onder meer aan de vrijheid van meningsuiting, het recht op privacy en het principe van onschuld tot het tegendeel bewezen is. We accepteren ze omdat de angst voor terrorisme zo groot is.

Extreem-rechts

Maar is die angst eigenlijk wel terecht? Hoe dramatisch 9/11 ook was, terrorisme vormt geen grote dreiging voor het Westen. De grote meerderheid van de terrorismeslachtoffers valt in landen als Irak, Afghanistan, Syrië en Nigeria. De uitschieter in 2001 daargelaten komen buiten conflictgebieden jaarlijks tussen de 300 en 700 mensen om door terrorisme. De kans om in een land als Nederland door een aanslag om het leven te komen is zeer gering.

En er is nog iets. Hoewel de meeste aandacht uitgaat naar jihadistisch terrorisme, vallen in Europa en de VS al jaren veel meer slachtoffers door extreem-rechts terrorisme. De opkomst van extreem-rechts geweld valt voor een deel te verklaren uit de grote angst voor islamitisch terrorisme sinds 9/11, die ook leidde tot een verharding van het debat over migratie en de islam. Daders als de Noor Anders Breivik (Oslo en Utøya 2011, 77 doden) en de Australiër Brenton Tarrant (Christchurch 2019, 51 doden) kwamen in het geweer tegen wat zij als een islamitische dreiging tegen het Westen zagen. De Nieuw-Zeelandse premier Jacinda Ardern bood na de schietpartij van Tarrant haar excuses aan omdat politie en geheime dienst door de preoccupatie met jihadisme te weinig oog voor extreem-rechts hadden gehad.

Nog pijnlijker is dat niet alleen extreem-rechts, maar ook het jihadistische gedachtegoed een impuls lijkt te hebben gekregen door alle aandacht en maatregelen. Het wereldbeeld van jihadisten, waarin het Westen uit is op de vernietiging van moslims, kreeg door de oorlog tegen terreur nieuwe munitie. De vele burgerslachtoffers die de oorlog heeft gevergd zetten kwaad bloed. Aanslagplegers, ook in het Westen, gaven aan te handelen uit boosheid daarover.

Terrorisme is provocatie

In Afghanistan en Irak leidde de oorlog tegen terreur tot burgeroorlog en, paradoxaal genoeg, een sterke toename van terrorisme. De latere anti-IS bombardementen hadden op korte termijn resultaat, maar de groepering ging ondergronds en breidde haar werkterrein uit. Van Afghanistan tot zuidelijk Afrika zijn nu groepen actief die gelieerd zijn aan IS of zich daarmee identificeren. In het Westen zijn grote, complexe aanslagen door alle aandacht van politie en inlichtingendiensten moeilijker geworden, maar omdat extremisme nog welig tiert, zien we dat het andere uitingsvormen zoekt: kleinschalige aanslagen met lichte wapens of voertuigen zijn sterk toegenomen.

De harde en buitengewone maatregelen die na 9/11 werden genomen zijn dus weinig effectief geweest, maar hebben wel ongewenste gevolgen gehad, waaronder radicalisering van jonge moslims en rechts-extremisten, inperking van burgerrechten en polarisatie. Ook hebben ze de angst voor terrorisme verder versterkt door continu de aandacht te vestigen op het terroristische gevaar. Dat is in het belang van terroristen, want terrorisme is provocatie. Door aanslagen hoopt men aandacht te generen, angst te zaaien, en de tegenstander een harde reactie te ontlokken. Zo kan die tegenstander als onderdrukker worden afgeschilderd en kunnen gematigden in het eigen kamp worden getrokken. En zo ging het na 9/11.

We moeten terroristen niet langer geven wat ze willen. Door de dreiging in perspectief te plaatsen ontstaat ruimte voor weloverwogen beleid dat onze waarden hoog houdt.

Tekst: Willemijn Verkoren. Dit artikel is eerder verschenen in NRC Handelsblad op 6 september 2021

241666480_2103480356456996_1787039213708579165_n.jpg
John Kistermann